De Krabbenvanger
De krabbenvanger beschikte over een spade met lange steel, een bakje om zijn oogst in op te bergen en een lang dun stokje waarmee hij kon peuteren in het kleine holletje die de krab gemaakt had tot ongeveer 1m diep in het droge, mulle zand.
Het zand was omgewoeld door joggers, voetballende jongeren, enz en toch wist de man waar hij moest graven. De strandkrabben, ook spookkrabben genoemd, komen enkel s'nachts uit hun schuilplaats op zoek naar kleine prooien. Het enig zichtbaar spoor voor een geoefend oog zijn de pootafdrukken in het zand. Waar het spoor eindigt daar begint hij te graven.
Heel geconcentreerd volgt de man het smalle kanaaltje in het zand.
Plots verschijnt een brede glimlach op zijn gezicht: prooi gezien.
Onmiddellijk worden vakkundig de scharen verwijderd en verwijnt de krab in de groene bak.
Onze toegestoken Dalassis waren wellicht veel meer waard dan wat de krabbenvanger zou ontvangen voor zijn oogst van de lokale visser. In plaats van de scharen af te knippen liet de man de krab lopen zodat we beelden konden nemen. Het eerste exemplaar zo zou later blijken was een Ocypode cursor herkenbaar aan de borstelvormige haren bovenop de ogen.
Het andere exemplaar behoort tot hetzelfde geslacht maar een soortnaam konden we voorlopig niet vinden. De krab is donkerder met lila tot paarse kleuren en bezit geen enkel uitsteeksel of borstel op de ogen. We maakten opnames in tegenlicht waardoor details als beharing zichtbaar worden alsook lopend om het aantal poten te kunnen tellen.
De spookkrabben die wij gezien hebben hadden een schild van ongeveer 4 à 5 cm maar oudere exemplaren kunnen veel groter worden en leven nog hoger op het strand. Ze kunnen zich razend snel verplaatsen en stoppen enkel om zich in te graven.
Het zand mag ook niet nat zijn waar ze zich willen ingraven want ze worden niet graag overspoeld met zeewater. Leuk detail om waar te nemen is de inkeping in het schild waar hun ogen in verdwijnen bij het ingraven.